Programmeermethoden 2021
Tweede programmeeropgave: Netjes

De tweede programmeeropgave van het vak Programmeermethoden in het najaar van 2021 heet Netjes; zie ook het vierde werkcollege, vijfde werkcollege (de betreffende WWW-bladzijde bevat handige tips) en zesde werkcollege, en lees geregeld deze pagina op WWW.


Er moet een programma worden geschreven dat een foutloos te compileren C++-programma (bijvoorbeeld een uitwerking van de eerste programmeeropgave) een klein beetje probeert te begrijpen, oftewel een paar zaken doet die een compiler ook moet doen. Het programma moet de invoerfile netjes ingesprongen naar een uitvoerfile kopiëren, en daarbij alle //-commentaar weglaten. En tellen hoe vaak een gegeven drietal letters direct achter elkaar voorkomt. Verder moet het programma getallen opsporen, en kijken of deze een speciale eigenschap hebben.
Stel allereerst enkele eenvoudige vragen om gegevens van de gebruiker te weten te komen. Gevraagd wordt hoe de originele invoerfile en de "doelfile" heten (als de invoerfile niet bestaat stopt het programma direct), en hoe groot de parameter tab (zie straks) moet worden. Het programma leest dan eenmalig de opgegeven invoerfile, en schrijft deze symbool voor symbool op de juiste wijze aangepast weg naar de uitvoerfile; na afloop wordt een rapportje op het scherm afgedrukt.

De volgende vier punten moeten worden geadresseerd:

  1. Commentaar moet verwijderd worden.
    Elk commentaar dat begint met // moet niet naar de uitvoerfile worden weggeschreven, maar weggelaten worden. Alleen de regelovergang wordt weer naar de uitvoerfile gekopieerd.
    Voor het gemak mag aangenomen worden dat er geen /* ... */ commentaar voorkomt. Als er binnen //-commentaar opnieuw // voorkomt, wordt die volgende // ook gewoon verwijderd. We vatten zelfs // binnen een string op als het begin van commentaar.
  2. Inspringen moet netjes geregeld worden.
    De bedoeling is dat iedere regel op diepte d even ver inspringt, en wel tab maal d spaties. Hierbij is tab een door de gebruiker te kiezen getal, bijvoorbeeld 3. De diepte d van een regel wordt als volgt bepaald. De eerste regel van het programma is op diepte 0, iedere openingsaccolade { verhoogt de diepte met 1 (één) en iedere sluitaccolade } verlaagt de diepte met 1 (één). Een veranderde diepte merk je pas op de volgende regel (zie verderop hoe we accolades zelf afhandelen).
    We nemen aan dat er geen accolades binnen strings (of als karakter '{') voorkomen. Accolades die binnen commentaar staan tellen niet mee voor de berekening van de diepte. De oude regelstructuur van het programma blijft behouden; voor iedere regel geldt dat het eerste karakter ongelijk spatie en TAB ('\t') op positie tab maal d +1 moet komen. Dit karakter kan een regelovergang zijn; zo wordt een oorspronkelijk "lege" regel op diepte d nu een regel met tab maal d spaties, en een regelovergang.
    Wellicht ten overvloede, een regel met een stel spaties en TAB's, en dan verder alleen //-commentaar, komt als tab maal d spaties in de uitvoerfile.
    We nemen aan dat de accolades netjes gepaard zijn.
    En op welke positie staat een accolade, als dit het eerste symbool is dat op een regel wordt afgedrukt? We spreken af dat als dit een openings-accolade is hiervoor nog de "oude" diepte wordt gebruikt, en voor een sluit-accolade de "nieuwe". We krijgen dus (waarbij een punt (.) een spatie voorstelt; tab = 3, d = 2):
    ......if ( x == y )
    ......{
    .........z = 0;
    ......}
  3. Elk optreden van een drietal letters moet worden geteld.
    Vraag aan het begin drie verschillende kleine letters aan de gebruiker (net zolang tot dat gelukt is). Tel hoe vaak deze drie letters, in die volgorde, in de file voorkomen.
    Hierbij matcht een hoofdletter in de tekst de bijbehorende kleine letter. Optredens binnen strings en binnen commentaar tellen ook mee. Er mogen hierbij geen strings worden gebruikt. Schrijf ook zelf een functie die een hoofdletter naar de bijbehorende kleine letter converteert.
  4. Het Collatz-vermoeden moet worden gecontroleerd.
    Voor elk geheel getal > 0 uit de invoerfile wordt gekeken of het Collatz-vermoeden waar is voor dat getal; zie ook sheet 17 van het derde college. Op het scherm wordt afgedrukt wat het aantal iteraties is bij 1 te komen, of het nummer van de iteratie waarvan het resultaat boven INT_MAX (gebruik include <climits>) uitkomt. Als dit laatste gebeurt, wordt dit erbij vermeld.
    Elke directe opeenvolging van cijfers in de invoerfile wordt als een geheel getal opgevat. Neem aan dat ze alle kleiner dan of gelijk aan INT_MAX zijn. Zo bevat 123abcd-"qqq 5"+++uvw-77.88ddd//vb5656 de gehele getallen 123, 5, 77 en 88. Het maakt verder ook niet uit of een getal al dan niet binnen een string staat, het telt gewoon mee. Getallen binnen commentaar worden niet gedaan.

Na afloop moet worden meegedeeld of de accolades in de invoerfile goed "gepaard" waren. Het kan om twee redenen mis zijn gegaan: te veel of te weinig sluitaccolades.
Ook wordt dan het aantal optredens van de drie letters genoemd.

Ter verdere inspiratie, zie het vijfde werkcollege, ook voor voorbeeldfiles. Let op: files van websites kopiëren door met rechter muisknop op de links te klikken, anders (met markeer-copy-paste) gaan spaties/tabs wellicht fout!

Opmerkingen

Uiterste inleverdatum: maandag 18 oktober 2021, 17:00 uur.

Manier van inleveren:

  1. Digitaal de C++-code inleveren: stuur een email naar pm@liacs.leidenuniv.nl.
    Stuur geen executable's, lever alleen de C++-file digitaal in! Noem deze bij voorkeur zoiets als kaagrutte2.cc, dit voor de tweede opdracht van het duo Rutte-Kaag. De laatst voor de deadline ingeleverde versie wordt nagekeken.
  2. En ook een papieren versie van het verslag (inclusief de C++-code) deponeren in de speciaal daarvoor bestemde doos "Programmeermethoden" bij kamer 159 van het Snellius-gebouw.
    Overal duidelijk datum en namen van de (maximaal twee) makers vermelden, in het bijzonder als commentaar in de eerste regels van de C++-code. Lees bij het zesde werkcollege hoe het verslag eruit moet zien en wat er in moet staan.
Te gebruiken compiler: als hij maar C++ vertaalt; het programma moet in principe zowel op een Linux-machine (met g++) als onder Windows met Code::Blocks draaien. Test dus in principe op beide systemen! Normering: verslag 1; layout 1; commentaar 1; overzichtelijkheid/modulariteit 2; werking 5. Eventuele aanvullingen en verbeteringen: lees deze WWW-bladzijde: www.liacs.leidenuniv.nl/~kosterswa/pm/op2pm.php.